Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Daarna, in de vijfde maand, op den [7]tienden der maand (dit jaar was het negentiende jaar van den koning Nebukadrezar, den koning van Babel), als Nebuzaradan, de overste der trawanten, die [8]voor het aangezicht des konings van Babel stond, te Jeruzalem gekomen was; 7. 2 Kon.25:8 staat dat hij op den zevenden der maand te Jeruzalem gekomen is. De vergelijking dezer verscheidenheid is, dat hij op den zevenden in de stad is aangekomen, maar op den tienden begonnen heeft zijn last te verrichten; waarvan in het volgende. 8. Die den koning diende, oppaste, steeds omtrent hem was. Zie Deut.1:38; 1 Kon.1:2. Hiervoor staat 2 Kon.25:8, de knecht, of dienaar van den koning van Babel; het ene verklaart het andere.